Auke Visser´s ESSO Tankvaart Mij. Site     |   home
ETM-nieuwtjes uit de Essofoon
Essofoon - 6e jaargang 1960 Nrs 7 - 11
Essofoon - 6e jaargang 1960. (11 nummers )
No. 7

Bij de voorplaat.
Moderne tankschepen, zoals die waarover de Esso Tankvaart Mij beschikt, leggen de afstand van Rotterdam naar het Midden Oosten en
terug in zeer korte tijd af. De „Esso Amsterdam" bijvoorbeeld, die haar „maidentrip" vanuit de hoofdstad naar Ras Tanura maakte om daar
haar eerste lading olie voor de Esso Raffinaderij Rotterdam in ontvangst te nemen, vertrok op 30 juni j.l. uit Amsterdam en meerde precies
vijf weken later in de 3e Petroleumhaven van Rotterdam. Maar zo kort kan de reis niet duren of de tijd voor de achterblijvende familieleden
der opvarenden is lang genoeg om van het afscheid een gebeurtenis te maken waaraan door hen nog in de volgende periode wordt terugge-
dacht. Op de voorplaat ziet u de echtgenote van de 3e stuurman G. J. Alkema en hun dochtertje die veel aandacht hebben voor de dingen
aan boord van de „Esso Amsterdam" en vooral de kleine meid schijnt onder de indruk te zijn van het mooie schip dat vijf weken lang als
huis voor „pappie" zal moeten dienen.

ONDERSCHEIDING EN BELONING VOOR OFFICIEREN TANKVLOOT.
Op zaterdag, 20 augustus j.l., werden in een der zalen van Esplanada te Utrecht medailles en beloningen toegekend aan gezagvoerders en
stuurlieden ter koopvaardij. Aan deze plechtigheid werd extra luister bijgezet door de aanwezigheid van de Commissie voor Maritieme
Meteorologie, die op dat moment in Nederland haar derde zitting hield en waaraan gedelegeerden uit 26 landen deelnamen. Tot de selecte
groep officieren, die voor toekenning van een koninklijke onderscheiding in de vorm van gouden of zilveren medailles (voor gezagvoerders)
en van een beloning (voor stuurlieden en telegrafisten) in aanmerking kwamen, behoorden ook de heren S. F. Westra, gezagvoerder op de
„Esso Rotterdam" en S. L. Still, 2e stuurman op de „Esso Amsterdam". Beide officieren konden bij de officiële uitreiking door de Hoofd-
directeur van het K.N.M.L, de heer ir. C. J. Warners, niet aanwezig zijn, daar zij op dat moment buitengaats waren. De aan kapitein Westra
toegekende zilveren medaille werd op innemende wijze door zijn jeugdige zoon in ontvangst genomen; de in de vorm van een aneroïde-
barometer toegekende beloning aan stuurman Still werd aan zijn aanwezige echtgenote overhandigd. De onderscheiding en beloning werden
aan beide officieren van onze tankvloot toegekend op grond van de bijzondere verdiensten die zij aan het Koninklijk Nederlands Meteorologisch
Instituut hebben bewezen op het gebied van de meteorologie en de oceanografie. Namens de Esso Tankvaart Mij was de heer A. Markusse,
Manager Marine Transpottation, bij deze uitreiking aanwezig.
De kiellegging van het nieuwe tankschip van 78000 ton in het driehonderd meter lange bouwdok van Verolme op Rozenburg.
EEN GOLIATH ONDER TANKSCHEPEN.
De blauwdrukken bij Verolme's Scheepswerven zullen wel ongekende lengten hebben om het grootste tankschip van Europa te kunnen bouwen,
waarvan de kiel op 16 augustus j.l. is gelegd. De afmetingen van deze reus onder de reuzen met een lengte van bijna 261 meter en een breedte
van meer dan 34 meter zijn er dan ook naar. In tegenwoordigheid van verschillende functionarissen van onze maatschappij, onder wie de heren
C. R. Smit en A. J. Kuselbos, resp. president-directeur en directeur van Esso Nederland N.V., en van de scheepswerf werd een staalconstructie
van 85 ton door vier soepellopende kranen nauwkeurig op de kielblokken in het driehonderd meter lange bouwdok op Rozenburg neergelaten.
Dat vormde het begin van de bouw van een tankschip, waarvan de tonnage 78.000 ton zal bedragen. Er zullen drie van deze reuzen-tankers word-
en gebouwd, twee ervan zijn bestemd voor zuster-ondernemingen van Esso Nederland N.V. en de derde gaat onder de vlag van de Esso Tankvaart
Mij in de vaart. Ongeveer 16 maanden lang zullen in het bouwdok vonken van lasapparaten in het rond vliegen en pneumatische hamers oorverdov-
end ratelen, terwijl kranen rusteloos af en aan rijden om de honderd secties met gewichten tussen 80 en 140 ton en 250 secties met een gewicht
van 20 tot 80 ton op hun plaats te brengen. Ons land dat door de eeuwen heen in de wereld van de scheepsbouw een uitstekende naam verwierf,
spreekt met de bouw van deze drie reuzen ook nu weer een behoorlijk woordje mee.

Van de tankvloot :
In dienst getreden:
J. Lalleman         chef hofmeester
G.F. Gouw           asst. werktuigkundige
L.J. Volkert         asst. werktuigkundige
A.H.J. Zondag    4e stuurman

Essofoon - 6e jaargang 1960.
No. 8

           

ONZE TANKERS in WEER en WIND.
Een tanker brengt het grootste deel van haar leven op zee door, wat ten slotte de bedoeling is.
Er zijn reizen die onder gunstige weersomstandigheden verlopen op een zachtdeinend schip dat toch altijd nog een beetje kraakt en steunt en
waarbij het vredige geruis van de boeggolf als muziek in de oren klinkt.
Maar er zijn ook reizen waarbij het buiswater over de brug vliegt en het zoute water in de kraag van de zeeman de huid pijnlijk rood schuurt en zijn
ogen doet steken. Dan staat er windkracht 8 volgens de indeling van de Engelse admiraal Sir Francis Beaufort. Dat wil dan zeggen een windsnel-
heid van 19 m per seconde en een golf hoogte van 5 1/2 m. De zeeman ziet bij dit cijfer in gedachten het slingerende schip en de kunststukjes van
de kok in de kombuis die op het zwaar mee-slingerende fornuis een braadpan met twaalf karbonaadjes in evenwicht tracht te houden, terwijl met
een jolig vaartje de pan met 10 kg patatten op hem af komt vliegen.
Van de heer H. R. Molenaar, 3e stuurman aan boord van de „Esso Rotterdam", kregen wij een aantal foto's die hij op zee in stormweer, windkracht
8 a 9, maakte. U ziet hoe de rollers zich beginnen te vormen en daarna overgaan in lange overstortende golfkammen.
A propos, wist u dat watergolven voor een grote groep mensen van belang zijn ? Want behalve de zeeman, de havenmeester en de visser interes-
seren zich ook de scheepsbouwer en de meteoroloog voor watergol-ven. Laatstgenoemde maakt namelijk van de eigenschap dat lange deinings-
golven een depressie vooruit kunnen ijlen gebruik om mede daaruit een voorspelling van de weersomstandigheden te kunnen opmaken.

DAT GAAT ZO MAAR NIET.
Weet u hoeveel rompslomp er aan vast zit om de naam van een schip te veranderen? Veel!
Dat bleek bijvoorbeeld op 30 augustus j.l., toen aan een van onze steigers in de 3de Petroleumhaven te Rotterdam de „Esso Stockholm" meerde.
Nu moet u weten dat dit schip onder Panamese vlag vaart, haar opdrachten krijgt van de Esso Petroleum Company in Engeland en voorts dat onze
zustermaatschappij, de Svenska AB, haar eerste schip heeft laten bouwen dat onder de naam „Esso Stockholm" in de vaart zal komen. De „Esso
Stockholm" - die in de 3de Petroleumhaven wel te verstaan - moest nu „Esso Colon" gaan heten.
Dus togen schilders van Wilton Pyenoord aan het werk die de verf kwast energiek hanteerden en overal waar de oude naam in en aan en op het
schip voorkwam de nieuwe naam „Esso Colon" daaroverheen aanbrachten.
Maar daarmede was de kous niet af.
Ambtenaren van de consulaire diensten uit Zweden, Panama, Engeland en Nederland kwamen over om aan boord gezamenlijk van gedachten te
wisselen en daarmee samenhangende dokumenten ter tafel te brengen opdat er nergens meer ter wereld verkeerde registratie van het schip mo-
gelijk zou zijn.
Dank zij het voortvarende werk van de schilders en de nauwgezette denkarbeid van de ambtenaren kan de gezagvoerder van de „Esso Colon" uit-
varen met het geruststellende gevoel dat er in de toekomst geen verwisseling mogelijk zal zijn tussen zijn schip en dat van de Svenska AB.

WHY IS A SHIP CALLED: Shè?
She's all decked out and pretty well stacked. She bas a walst and stays and requires a lot of rigging.
There's usually a bustle around her, but she always manages to show her superstructure to advantage.
Bows and Bells are standard equipment, and sometimes she wears a bonnet.
She has pleasing lines from stem to stern and there's generally a gang of men around her.
It's not the initial expense that breaks you - it's the upkeep.
It takes a lot of paint to maintain her best appearance.
In some parts of the world, the man who takes care of her needs at home is known as her „husband",
but she leaves him behind when she goes out.
She always knows her destination, and watchword is caution.
When entering ports she heads immediately for the buoys.
When you want to attract her attention, a whistle is the appropriate signal.
As soon as she gets home all her lines are busy.
On a balmy day or a moonlit-night she can make any tired businessman forget his troubles.
And once you get to know her you never want to leave her.
From the „Cunard News".

Van de Tankvloot :
In dienst getreden:
J.R. Beentje,  4e stuurman

Essofoon - 6e jaargang 1960.
No. 9

Het schip van de week.
Wanneer je zo'n 10.000 kilometer van huis de stemmen kunt horen van ouders, verloofde of echtgenote, is dit natuurlijk een evenement dat
alle aandacht verdient. Aan boord van de „Esso Amsterdam" waren op 26 augustus de marconist en de elektricien druk in de weer met de
zorg voor de ontvangst van het programma van de Wereldomroep „Schip van de week".
De 700e uitzending van dit programma was bestemd voor de drie tankers van de Esso en dank zij een extra versterker en luidspreker was
de uitzending goed te volgen.
Er waren die dag twee uitzendingen - namelijk 's middags en 's avonds - die beide ook nog eens werden opgenomen op een bandrecorder.
Voordat officieren en bemanningsleden van de „Esso Amsterdam'" de groeten konden beluisteren, hield de heer A. Markusse, manager
Marine Transportation Dept, een inleidend woord.
Op de foto van links naar rechts de heren J. v. d. Zwan (3e w.t.k.), S.L. Stil (2e stuurman) en G.J. Alkema (3e stuurman).

Van de Tankvloot:
In dienst getreden:
R. v.d. Velden, 4e stuurman

Essofoon - 6e jaargang 1960.
No. 10

Van de Tankvloot:
In dienst getreden:
W. D. v. d. Kreeft
A. J. de Zwarte
Vertrokken:
H. R. Molenaar

Bevorderingen bij de Tankvloot:
                                                      
F. J. Louter                         F. D. C. M. Schippers      A. J.. de Zwarte                  W. J. M. Grüter
                                                       
W. G. v. d. Sel                   J. Alting Siberg                C. P. Tijdgat                       J. C. A. Francino
                 
J. C. Vlug                          C. J. de Ruiter

Voor maar liefst tien employés van de tankvloot was 1 november een aangename dag. Met ingang van die datum namelijk zijn zij in functie
bevorderd. Het zijn de heren F. J. Louter (van 2e werktuigkundige tot hoofdwerktuigkundige), F. D. C. M. Scheppers (4e werktuigk. tot 3e werk-
tuigkundige), W. G. v. d. Sel (4e werktuigk. tot 3e werktuigk.), J. Alting Siberg (4e werktuigk. tot 3e werktuigk)., A. J. de Zwarte (4e werktuigk.
tot 3e werktuigk.), W. J. M. Grüter (5e werktuigk. tot 4e werktuigk.), C. P. Tijdgat (5e werktuigk. tot 4e werktuigk.), J. C. A. Francino (5e werk-
tuigk. tot 4e werktuigk.), J. C. Vlug (4e stuurman tot 3e stuurman), C. J. de Ruiter (4e stuurman tot 3e stuurman).

Essofoon - 6e jaargang 1960.
No. 11

1961 Jubilea & Service Buttons & met Pensioen.

Tien dienstjaren:
J. v. d. Zwan,    E.T.M.-Zeeschepen 12.03.1961
NA GEDANE ARBEID:
Employés en wachtgelders, die in 1961 de pensioengerechtigde leeftijd zullen bereiken en met ingang van de daarbij vermelde datum zullen
worden gepensioneerd, volgen hieronder;
C. Bel,   E.T.M.-Zeeschepen  01.01.1962