Bron : Rotterdamsch nieuwsblad, 20 Juli 1895 Stadsnieuws. Twee aanvaringen op de rivier. Op de rivier ter hoogte van den mond der z.g. Vluchthaven is vannacht om 1 uur de schokker "Maassluis 124", schipper Philip Van 't Wout, op reis naar de vischmarkt alhier overvaren door het van zee komende stoomschip „Winsloe", met het gevolg, dat de schokker onmiddellijk zonk en de beide opvarenden, de schipper en zijn knecht groot gevaar liepen te verdrinken. Slechts aan hun tegenwoordigheid van geest en aan de spoedige hulp der equipage van de „Winsloe" danken beiden hun behoud. De schipper klom onmiddellijk na de aanvaring in den mast van zijn reeds zinkend vaartuigje en wist zich zoo lang boven te houden tot hij door manschappen van de "Winsloe", die in een sloep gesprongen waren, gegrepen werd, terwijl de knecht zich had vastgeklemd aan een Irapleer, op welke hij zich drijvende wist te houden, tot hij eveneens werd gered. Een andere aanvaring had omstreeks 11 uur plaats op de rivier tusschon Schiedam en Delftshaven, op het gedeelte der Maas dat bekend is onder den naam van „De Heide". Een roeiboot, waarin de schipper J. Prins, zalmvisscher te Charlois, alsmede een knecht gezeten waren.werd door de „Nelly", een sleepboot van de "American Petroleum Company", komende van den Hoek-van-Holland overvaren. Met behulp van een lijn, die hun van de sleepboot werd toegeworpen, werden Prins en de knecht aan boord van de „Nelly" gehaald. De roeiboot, op zalmvangst uit, voor de visschurij „Prins Hendrik", ging met netten en al verloren. Slechts een deel der netten werd later nog opgevischt; de „Nelly" brak hare schroef, die verward geraakt was in de netten.