Auke Visser´s ESSO Tankvaart Mij. Site     |   home
Esso Rotterdam (2) - (1959-1970)
"Esso Rotterdam" became "Esso Brasilia".
Het overkwam een van onze ETNA-tankers om als „Esso Rotterdam" de 5e Petroleumhaven in Europoort binnen te varen
en deze als „Esso Brasilia" een dag later weer te verlaten.
Deze wonderlijke metamorfose betrof alleen de naam. De „Esso Rotterdam" van ca 36.000 DWT werd gebouwd bij C. van
Het schip werd in september 1959 in de vaart genomen en was bestemd voor de bevoorrading van de Esso Raffinaderij
Rotterdam. De huidige eigenaar, de Esso Tankvaart Maatschappij Nederlandse Antillen (ETNA), heeft het schip op
dinsdag 30 juni overgedragen aan de Esso Tankers, Inc. te New York. Dit gebeurde op economische gronden.
Kapitein L. Veen tekent de overdrachtspapieren. Rechts D. Porta van Esso Tankers, Inc.
Schoon
Gezagvoerder L. Veen, zijn officieren en bemanningsleden namen met enige weemoed afscheid van hun schip dat
hen naar vele verre oliehavens had gebracht.
De „Esso Rotterdam" heeft voor de ETM en de ETNA in de 10 dienstjaren 172 reizen gemaakt. Twee daarvan waren in de
zg. "schone vaart". De tanker vervoerde, volgens de laatste gegevens vlak voor de officiële overdracht opgemaakt, in totaal
5.981.114 tonnen produkt. Er werd 5649 ton ruwe olie bij schoonmaken aan boord opgevangen en verzameld waardoor een
belangrijke bijdrage werd geleverd aan het olievrij houden van de zee. En wanneer we toch spreken over tankage en dergelijke,
noemen we nog even een getal dat betrekking heeft op het wel en wee van de opvarenden. In totaal werden al die jaren
400.000 flesjes bier geconsumeerd.
Een laatste groet aan deze maatschappij-vlag.
Op de voorgrond v.l.n.r. de heren Zuiderbaan, Jansen, Claassens, Veen, De Vries en Pellati

Bij dag
De laatste reis maakte de „Esso Rotterdam" naar Bonny in Nigeria, waar volgens de bemanning alles weer rustig was. Zo rustig
dat men met de sloep een kreek opvoer om van enige vrije tijd te genieten. Ook de inlanders verschenen weer met hun boten om
handel te drijven met bananen en ananas vruchten. Eerste stuurman G. Alkema maakte hiervan enige foto's, waarvan wij
een drietal hierbij publiceren.
Op de rede van Bonny
Handel in bananen
Met de sloep naar de wal
Tijdens deze laatste reis was het de eerste keer dat de „Esso Rotterdam" in Europoort overdag binnenvoer, in plaats van 's nachts
of tijdens een weekend. Een record viel er ook te melden. Er werd 37.000 ton ruwe olie gelost in de tijd van 10 uur! Met een lading
ballast-water van 12.000 ton, lag op die junidag om 4 uur 's middags de tanker te wachten op de dingen die komen gingen Dat was
ongeveer 1 uur voordat het schip met een Italiaanse bemanning onder leiding van kapitein Marco Pellati onder Liberiaanse vlag zou
uitvaren. Tweede stuurman H. Markx en 3e wtk. A. J. M. Plasschaert zouden de reis meemaken voor het geven van instructies.

Protocol.
De „Esso Rotterdam" werd overgedragen met inbegrip van de gehele inventaris. Van boord gingen de archieven en de
eigendommen van de ETNA zoals bijvoorbeeld veiligheids-plakken e.d. In zijn hut tekende gezagvoerder L. Veen en ook
de vertegenwoordiger van de Esso Tankers, Inc., D. Porta, de overname-certificaten.
Bij het vlaggenprotocol op het winderige dek waren aanwezig de heer J. A. Claassens, directeur van de ETM, de heer H. Zuiderbaan,
head marine division, enige employés van de port captain section, w.o. de heren C. Veldkamp, port captain, en J. M. Hoogeveen, chef
van de technische dienst en natuurlijk gezagvoerder L. Veen, Hwtk. J. de Vries, 1e stuurman G. Alkema en andere officieren en
bemanningsleden, zowel van de „Esso Rotterdam" als van de „Esso Brasilia".
De maatschappijvlag werd gestreken en aangeboden aan directeur J. A. Claassens. De vlag van het Koninkrijk werd na het strijken
aangeboden aan kapitein Veen. Vervolgens werd de Liberiaanse vlag met witte ster in blauw veld en rood-witte strepen gehesen. Kapitein
Veen sprak over de trouwe diensten die de „Esso Rotterdam" altijd bewezen had. Het was een goed schip, zei hij, en wenste de nieuwe
bemanning veel geluk toe op hun reizen. Toen kapitein Pellati enige dankwoorden had gesproken ging men terug naar de hut van de
kapitein om een dronk uit te brengen op de overdracht.
De vierde „Esso Rotterdam" was daarmee uit de 50-jarige historie van de Esso Tankvaart Maatschappij verdwenen.
De Liberiaanse vlag wordt gehesen.